donderdag 13 september 2007

HULP VOOR DE FEEËN ZUSJES!

Het was een prachtig mooie dag ergens in september. De zon streelde zachtjes de uitgestrekte groene velden die glinsterden van de ochtenddouw. Muisjes speelden samen verstoppertje aan de rand van een bos. Eekhoorntjes zochten naar gevallen eikeltjes en een enkele specht hoorde je ratelend met zijn snavel een holletje boren in een grote boom. Rakketakketak rakketakketak rakketakketak. Een heel licht briesje wind gleed door de boomtoppen en je kon de blaadjes horen ritselen. Spinnetjes sponnen hun web terwijl hun kindertjes samen tikkertje speelden onder het wakende oog van mama. Midden in dit bos stond een hele grote oude wijze boom. Alle dieren van het bos noemden hem altijd bij zijn bijnaam. “hé hallo Opa, gaat het vandaag nog regenen?” vroegen ze hem dan giechelend. En met een krakend geluid opende de oude boom dan zijn ogen en keek de kleine dieren lang en streng aan. “stelletje belhamels, waarom storen jullie deze oude boom hiervoor? Als jullie naar de lucht kijken weten jullie zelf wel of het gaat regenen.” En hij zwaaide dan hard met zijn grote takken heen en weer zodat alle dieren van schrik een meter achteruit sprongen. “Hahahaha, dat krijg je ervan als je geen respect hebt voor een oude wijze boom”, lachte hij. Zo ging het altijd. Eigenlijk heette de boom helemaal geen Opa. Hij stond er al zo lang dat zelfs de andere bomen niet eens wisten hoe hij daar terecht was gekomen en hoe oud hij was. Maar ze wisten wel dat hij eigenlijk Alvaro heette. Sommige oude bomen van het bos hadden ooit eens verteld dat Alvaro een hele oude naam is, van ver voordat het bos bestond, en beschermer van alles betekende. Daarom hadden alle dieren zoveel respect voor hem, want ze wisten dat hij die naam niet zomaar had gekregen. Altijd als er iets in het bos gebeurde werd Alvaro om raad gevraagd. Want hij wist wel wat er moest gebeuren. Bij Alvaro waren ze veilig. Maar Alvaro was deze dag treurig. Hij liet zijn grote takken met prachtig gekleurde bladeren hangen.

Douwe de duif vloog op die mooie morgen hoog boven de velden richting het bos. Van veraf zag hij al dat er iets niet klopte. ‘Wat is dat nou?’ dacht hij.’Alvaro heeft zijn takken hangen, er is iets aan de hand.’ Meteen vloog hij naar Alvaro toe en streek neer op een van zijn grote takken. “Goedemorgen Alvaro.”zij de duif. “Wat is er aan de hand? Waarom ben je zo treurig?” Krakend en met een diepe zucht opende Alvaro zijn ogen. “Dag Douwe, heb je het nog niet gehoord?”vroeg hij. “Wat gehoord?”vroeg de duif, hij had geen flauw idee waar de boom het over had. “Herfinja en Lentija hebben ruzie gekregen samen, en nu is er een zware storm op komst.” Herfinja was de herfstfee en Lentija was de lentefee. Ze waren zusjes van elkaar. Hier schrok Douwe wel een beetje van. Hij kon zich nog de laatste keer herinneren dat de twee feeën ruzie hadden. Het hele land schudde toen heen en weer! “Hoe kunnen die twee lieve feeën nu ruzie hebben?”vroeg de duif. Toen vertelde Alvaro met zijn zware krakende stem wat hij had gehoord. De twee lieve feeën hadden samen nog twee lieve zusjes en met zijn vieren hadden ze ieder een gedeelte van het jaar om voor het weer te zorgen. Maar ze vonden dit allemaal zo leuk om te doen dat ze zich niet aan de afgesproken tijd hielden. Nu was Lentija boos geworden en had ze tegen Herfinja gezegd dat ze onmiddellijk moest stoppen met de herfst, zodra haar tijd voorbij was. Herfinja vond het maar stom dat Lentija nu al begon te mopperen. Want Wintija, hun andere zusje kwam toch na haar, dus ze moest zich er niet mee bemoeien. Nu waren ze boos op elkaar en spraken ze ook niet meer samen. Dat was ook de reden waarom het de afgelopen weken al zoveel had geregend. Herfinja had zo hard moeten huilen om die ruzie met haar zusje, dat ze niet te troosten was. Met een diepe zucht maakte Alvaro een eind aan zijn verhaal. Douwe de duif, die vanmorgen nog zo vrolijk was weggevlogen van huis keek naar beneden. Bijna alle diertjes van het bos hadden zich onder de grote stam van Alvaro verzameld en hadden ademloos zitten luisteren naar Alvaro’s verhaal. “We moeten iets doen.”piepte Dribbel. Dribbel was het snelste muisje van het bos. “Ja, dit kan toch niet, twee lieve feeën die ruzie hebben?”kraakte Argon de kraai. Ineens begonnen alle dieren door elkaar heen te praten en te tetteren. “STOP”zei Alvaro plots zeer luid, en meteen was het stil. Zo luid had de grote oude wijze Alvaro nog nooit gesproken. “Ik heb een idee, luister met me mee.” Toen werd het zo stil in het bos, dat zelfs de eigenwijze specht stopte met ratelen. Met zijn diepe zware krakende stem begon Alvaro te praten en de dieren luisterden ademloos toe. “Lang geleden, toen ik nog jong was, is dit ook al eens gebeurd. Er is iets wat we kunnen doen, maar daar heb ik jullie hulp voor nodig”zei hij. Alvaro zuchtte. “Jullie hebben de lieve feeën nog nooit samen gezien, maar er is een manier om hun samen te krijgen hier in dit bos.” Douwe de duif keek naar beneden en zag de verbazing op de gezichten van de dieren. Dat kon toch niet? Twee feeën bij elkaar en dan ook nog eens in hun bos? “Wat wij moeten doen is samen heel sterk aan de feeën denken, allemaal tegelijk. Als we dat doen dan hebben we kans dat ze tegelijk hier voor ons verschijnen. Als ze dan allebei hier zijn vertellen we allemaal waarom ze nooit ruzie mogen maken samen. Ze zijn zusjes en die houden van elkaar en moeten samen lachen en plezier maken.” Het was muisstil in het bos. Alle dieren waren zo onder de indruk van wat de oude wijze Alvaro had verteld. Toen begon de kleine Dribbel te piepen. “Ja, Opa, dat is wat we gaan doen. We gaan met zijn allen de zusjes weer samenbrengen!” “Ja, jaajjaajaaajadoenwe waar wachten we op jaja kom op ajjaja” riepen alle dieren door elkaar heen.”Goed, zo doen we het”zei Alvaro. “Ga nu allemaal naar huis en denk goed na wat je tegen de feeën wil zeggen als ze hier zijn, waarom ze geen ruzie moeten maken maar lief moeten zijn voor elkaar, en dan zien we elkaar tegen de avond, als de zon bijna onder gaat, weer hier onder mijn takken.” Zo gezegd zo gedaan en alle dieren renden naar huis om hun verhaal voor te bereiden.

Het liep tegen de avond en de zon had zijn werk erop zitten voor vandaag. Langzaam zakte hij verder naar beneden met hele mooie zacht gele en rode kleuren. De meeste dieren hadden zich al verzameld onder de grote takken van Alvaro en gezamenlijk zaten ze te wachten tot de laatste dieren erbij waren. Zelfs de specht was aanwezig en Douwe was weer op een van de takken van Alvaro gaan zitten. Toen alle dieren aanwezig waren opende Alvaro krakend zijn ogen.“Fijn dat jullie er allemaal zijn”zei hij. “We doen dadelijk allemaal onze ogen dicht, en denken dan heel hard aan allebei de lieve feeën en vragen of ze naar ons willen komen. Als alles goed gaat zullen ze hierheen komen en dan vertellen we een voor een ons verhaal, afgesproken?” Allemaal tegelijk riepen de dieren ja. “Goed”zei Alvaro, “doe dan nu jullie ogen dicht en roep in gedachten de feeën naar ons”. Alle dieren en zelfs de andere bomen van het bos deden wat Alvaro vroeg en weer werd het zo stil in het bos, zo stil was het zelfs niet als alle dieren sliepen. Ineens, na een paar minuten, begon heel langzaam het donkere bos op te lichten. Eerst leek het wel het schijnsel van een vuurvliegje, maar al snel werd het groter en groter en het mooiste zachtste licht wat de dieren ooit hadden gezien scheen door het hele bos heen. Een grote bol van alle mooiste lichtblauwe en lichtgroene kleuren, gemengd met lichtroze scheen over de gezichten van de dieren heen. Ademloos openden zij hun ogen en de ene ohhhhh na de andere was te horen. Wat de dieren toen zagen hadden ze nog nooit gezien. Boven hun hoofden zweefden de twee mooiste feeën die ze ooit hadden gezien. De zusjes hadden prachtige lange jurken aan van het mooiste stof dat je maar kunt vinden. Alles was perfect en enkele dieren pinkten een traantje weg van geluk toen ze de prachtige feeën zagen. Het was nog steeds muisstil in het bos want iedereen was zo onder de indruk van wat ze zagen dat niemand iets durfde te zeggen. Toen Herfinja begon te spreken klonk het als het mooiste lied dat de dieren ooit hadden gehoord, zo mooi was haar stem. “Alvaro, lieve wijze grote oude boom, wat is er hier aan de hand? Waarom hebben jullie mij en mijn zusje Lentija bij jullie geroepen?” vroeg ze. “Dat kan ik als oude wijze boom je vertellen lieve Herfinja, maar ik heb liever dat jij en je zusje luisteren naar de dieren van het bos, want die kunnen jullie veel beter vertellen waarom wij jullie hierheen hebben geroepen”. De twee feeën keken elkaar verbaast aan. “Nou Alvaro”, zei Lentija, “dat moet dan wel heel erg belangrijk zijn als jij als oude wijze boom voor je laat spreken”. “Dat is het ook”zei Alvaro, en toen zei hij iets wat hij nog nooit tegen de feeën had gezegd en ook nooit meer zou zeggen.”Zwijg beiden nu, en luister naar de dieren van het woud. Laat hen uitspreken totdat allen klaar zijn met hun verhaal en leer jullie les hieruit.” Met een zucht en een rilling in zijn stem die iedereen hoorde sprak Alvaro zijn laatste woorden uit. “Lieve dieren van het bos, vertel nu een voor een jullie verhalen zodat de lieve mooie feeën weer weten hoe belangrijk lief voor elkaar zijn is.” En de grote wijze Alvaro sloot zijn ogen. De feeën, die Alvaro al heel lang kenden, wisten hoe belangrijk het was om nu niks te zeggen en te luisteren naar de dieren, want zo had hij nog nooit gesproken tegen hen. Dribbel, het snelste kleine muisje, was de eerste die de stoute schoenen aantrok en met zijn verhaal begon. Hij vertelde over zijn eigen broertjes en zusjes. Over zijn vader en moeder. Over zijn opa’s en oma’s en zijn neven en nichten en niet te vergeten over zijn vriendjes en vriendinnetjes en alle andere dieren van het bos. Hij vertelde de feeën hoe veel hij van iedereen hield en hoe belangrijk ze allemaal waren voor hem. Ademloos luisterden de feeën naar het verhaal van Dribbel en naar alle andere verhalen van de dieren in het bos. Tranen van geluk liepen over hun wangen bij het horen van al deze ontroerende warme verhalen. Toen alle dieren klaar waren viel er weer een stilte over het bos. Alleen was het deze keer geen diepe stilte. Je hoorde geen enkele stem, geen rakketakketak van de specht, geen gegiebel van de kindertjes. Nee, wat je hoorde waren de twee feeën! Alle dieren keken naar boven, in dat prachtige licht waar de twee zusjes met hun schitterende jurken elkaar snikkend in een innige omarming vasthielden. De tranen rolden over hun wangen van geluk. “Ohhh, lieve Herfinja, wat hebben we toch gedaan? Waarom hebben we samen toch zo ruzie gemaakt om zo iets kleins en onbenulligs?” zei Lentija. Herfinja snikte en streek heel lief met haar feeën hand een rollende traan van de wang van haar lieve zusje. “Niks is zo belangrijk om daar als zusjes ruzie over te maken. Volgende keer dan praten we het gewoon uit, ja?”zei Herfinja. Toen begonnen alle dieren van het bos te juichen en te roepen van geluk en plezier. Want het was ze gelukt. Ze hadden met zijn allen de zusjes weer bij elkaar gekregen. De diertjes dansten en zongen en sprongen in het rond, en de kindertjes zongen liedjes zoals: “De feeën de feeën, die hadden ruzie met zijn tweeën, nu huilen en lachen ze samen van geluk, onze dag kan niet meer stuk, onze dag kan niet meer stuk! De feeën, de feeën……, en de dieren dansten en sprongen in het rond. Alvaro, de grote oude wijze boom had zijn ogen alweer geopend, en niemand kon het zien, maar Douwe de duif, die op ooghoogte op een van Alvaro’s takken zat zag het wel…Die grote sterke Alvaro had een traantje onder zijn oog! “Maar Alvaro, waarom huil jij nou?”vroeg Douwe. Heel even was het stil, maar toen zei Alvaro:”Lieve Douwe, wat is er mooier dan twee feeën en alle dieren zo gelukkig te zien?” Toen begon Herfinja met haar prachtige stem weer te spreken en meteen waren alle dieren muisstil. “Lieve dieren en bomen van het bos. Lentija en ik, wij willen jullie bedanken voor zoveel warmte. Wij willen jullie bedanken dat wij hier bij jullie in het bos mogen zijn samen, en voor alle mooie warme verhalen, en voor de liefde die jullie ons geven.” De zusjes keken naar beneden, naar de dieren en wat ze zagen was het mooiste, en liefste wat ze ooit hadden gezien. Alle dieren hielden elkaar vast en straalden zoveel geluk en liefde uit! “Maar nu moeten wij jullie verlaten lieve dieren van het bos”zei Lentija. “Nog een keer heel erg bedankt dat jullie ons hebben samengebracht en dat wij zo veel van jullie allemaal hebben mogen leren over wat lief voor elkaar zijn is”. “Dag lieve dieren” zeiden de twee feeën nu in koor en zwaaiend naar de dieren op de grond gingen de feeën hoger en hoger, door de bladeren van de bomen, in die prachtige bol van licht. Hoger en hoger, zo hoog dat de bol kleiner en kleiner werd. Zo hoog dat de dieren ze niet meer zagen.

En de rest van de nacht vierden de dieren van het bos samen met Alvaro feest. Want met hun vriendschap en liefde hadden ze de feeën weer bij elkaar gebracht. Er werd gedanst en gezongen, gelachen en gegiebeld van geluk samen. De meest mooie verhalen werden verteld en de dieren waren gelukkiger dan ooit. En de feeën? Die zaten samen hoog boven het bos met zijn tweeën te genieten van hun geluk samen, en beloofden elkaar dat ze geen ruzie meer zouden maken samen. Zo kwam het toch nog allemaal goed met de zusjes en alle dieren in het bos. En Alvaro? Die was weer de grote oude wijze boom van het bos, waar de dieren nog meer van hielden dan vroeger. Die wijze lieve Alvaro………..

Geen opmerkingen: